Leuk heen-en weertje met The Spectator over de nieuwe film van Adam Curtis, dat zoals zo vaak meer over de recensent zegt dan over de film of regisseur.
"Plus, his political insights — on the rare occasions he deigns not to
conceal them behind layers and layers of ambiguity — turn out to be
pretty trite and tiresome. His illustration of Brexit: reaction shots of
people staring aghast in the horror movie Carrie. Yes, that’s
just what Brexit was like, Adam. Like a prom queen being doused with
buckets of pigs’ blood. Clever, probing, insightful you!"
Nu snap ik natuurlijk dat de jongens van The Spectator dit wel haast moeten schrijven, maar dit is het absolute nulpunt van argumentatieniveau. Ik ben er bijvoorbeeld van overtuigd dat minstens de helft van de Britten wel degelijk met zulke "staring aghast" gezichten zijn teruggekomen van dat referendum. En"being doused with
buckets of pigs’ blood" kan ook Curtis' punt niet zijn. Bovendien, Curtis zou geen beroep mogen doen op aspecten van paranoïa en samenzweringstheorie voor zijn film, terwijl het Brexitkamp niets dan dat heeft gebruikt in het echte leven? Even serieus blijven, toeschouwertjes.
Heeft de recensent ook niet net daarvoor opgemerkt dat "Curtis segues to the rather more ambitious notion that pretty much
everything we know is a lie: our politicians make everything up, so to
escape their lies we’ve retreated into our solipsistic safe spaces on
the internet, where we entertain ourselves watching cats dressed in
shark outfits spinning round the kitchen floor on Roomba robot vacuum
cleaners."?
Is die Carrie-vergelijking dan echt zo dom? Want heeft het Britse kiespubliek door zijn keuze dan niet de ene leugen (de verderfelijke, op het einde van de campagne bijna satanische EU - hetgeen te veel eer is) verruild voor de andere (de stoute jongens en komieken Farage en Boris)? Trekt dat kiespubliek zich dan nu niet terug in zijn materiële, aardse versie van "our solipsistic safe spaces on
the internet", namelijk: op een eiland? Dat je vindt dat er geen antwoorden meer zijn, kan ik nog begrijpen. Maar de vraag zelfs niet stellen is een definitie van domheid.
Ik heb buiten de trailer van Hypernormalisation nog nooit iets van Curtis gezien en werd al duizelig van al die beelden- en ideeënstroom na drie minuten. Maar als ze met dat soort populistische argumenten contra komen aanzetten, word ik alleen maar nieuwsgierig.
1 opmerking:
Het valt me op dat zogenaamde critici die films van Curtis bijna moedwillig verkeerd lezen. Misschien gaat het ze allemaal te snel. Maar toch, fraai is het niet.
Een reactie posten