zondag 18 november 2007

Duizend Muren

Voor die ene keer dat postmoderne theorie toepasbaar blijkt, is het op deze manier. En meteen weet je weer waarom de Joden het grootste aantal Nobelprijswinnaars in hun rangen hebben. Zoals gewoonlijk slinger je heen en weer tussen bewondering en afgrijzen.

vrijdag 16 november 2007

Peter Grummich - Gomorra

Eerlijk gezegd begrijp ik de mensen niet die 2007 een mak muziekjaar vinden. Alleen al op technogebied is dit het vetste jaar sinds het waanzinnige lustrum 1991-1995. Neem nu deze nieuwe 12-inch van Peter Grummich. Drie nummers, maar meer dansvloerschade kan je in een plaat amper kwijt. Dat de man een van de alumni van Shitkatapult is kan en/of wil hij niet verbergen. Deze plaat bulkt van de smerige, overstuurde en verwrongen geluiden.

Het titelnummer zou perfect dienst kunnen doen als soundtrack bij de ondergang van de gelijknamige stad. Kompakte en gedrongen ravestabs, een enge jumpchord en vegen vuige acid rijden op een verroeste en rammelende carrosserie de apocalyps tegemoet. Op het einde wordt het zelfs op z'n Detroits nog even ingetogen, maar dat is dan alleen maar omdat er niks meer rechtstaat.

Verwoestend prijsnummer is het ronduit eschatologische 'Rhythm & Saw', dat vanaf de eerste tonen alle lucht uit je karkas zuigt en nadien alleen nog maar aanzwelt. Stormen steken op, de percussie ratelt alsof er op verschroeide skeletten wordt gedrumd. Al snel ruikt het naar verbrande aarde en waar dit nummer is langsgeweest tref je langs alle kanten uitgeputte en krankjorum gedraaide neurodansers aan. Carl Craig, maar dan met een rothumeur dat al maanden aansleept.

Afsluiter 'Oooohh!!' neemt schijnbaar gas terug, maar de metalen percussie komt op het voorplan en even verderop vechten afgebeten stukken stem en verloren gelopen machinegeluiden om de lekkerste brokken. Pisnijdige muziek is dit en de agressie wordt maar net binnen de perken gehouden. Alsof een roedel helhonden met bakken schuim op de bek je door een eindeloze tunnel achterna zit. Je kleren hebben ze je al van het lijf gescheurd. Een geluk bij een ongeluk: dan kan je het tenminste niet meer in je broek doen.

Peter Grummich is een baas, zoals mijn Nederlandse broeders dat dan zeggen.

zaterdag 10 november 2007

Cristian Vogel - The Never Engine

Een van de dingen die ik na meer dan 20 jaar hardcore muziekliefhebberij heb geleerd is dat je niemand, maar dan ook echt niemand, kan afschrijven als terminaal of vanaf-nu-oninteressant. Ik ben nu wel nooit echt een liefhebber van Cristian Vogel geweest, maar hij was wel altijd iemand waar ik als producer veel respect voor had, vooral omdat hij altijd vooruit dacht. En natuurlijk is zijn remix van Jiri.ceiver's 'Osiac' één van de beste technotracks aller tijden. En laat ik evenmin het monotoon stampende maar oh zo effectieve 'Blue Arsed Fly' vergeten.

Een stap in de goede richting was zijn optreden/dj-set deze zomer in de Spiegeltent in de Antwerpse haven. Ik werd bijna half tegen mijn zin meegesleurd door vrienden maar Vogels set was fenomenaal. Ik (her)kende absoluut niks van wat hij bracht maar ik wist wel zeker dat echte techno zo moest klinken.

En dan is er nu The Never Engine, niet alleen een tour de force bij uitstek, maar ook nog eens uitgebracht op Tresor, een ooit groots label waarvan ik de laatste jaren amper wat vernomen heb. Dan opeens, out of the blue, met dit monster van een elpee geconfronteerd worden, is het nirvana van elke technoliefhebber. Acht nummers, acht keer het soort muziek waarvan je zeker weet dat een bepaald soort muziekliefhebber ervan gaat opmerken 'dat dit toch geen muziek is'.

Want Vogel slaat en hakt er hier op los zoals zelden nog gehoord sinds 2000. Aartsminimaal, archi-brutaal, ultra-repetitief, rechtdoor, niet in je zij, maar recht op je neus. Geen mededogen. Een beetje te vergelijken met de fenomenale bulldozerfunk die Luke Slater vroeger met regelmaat op de planeet afvuurde. Dat er op de labels een machine afgebeeld staat is allerminst toeval, want dit is 100% not soulful. Maar wel razend opwindend. Denk Daniel Bell, maar dan met een speedrush van heb ik je daar in de aderen. Piep, tuut, boing, boom, tschak, maar dan tegen lichtsnelheid. Van een comeback gesproken!

zondag 4 november 2007

Six Organs Of Admittance - Shelter from the Ash

Er zijn dit jaar al wat platen voorbijgekomen die tot het beste van dit millenium kunnen gerekend worden. Grails en Arctic Monkeys springen onmiddellijk voor de geest, maar ook deze nieuwste van Ben Chasny aka Six Organs Of Admittance. Ik had persoonlijk gedacht dat hij zijn meesterwerk van vorige jaar, The Sun Awakens, een tijdje niet meer zou kunnen overtreffen. Maar Shelter from the Ash is echt nog een heel stuk beter. Het typische Takoma-geluid is nog wel aanwezig, zij het nog enkel als onderlaag. Belangrijker is dat Chasny nu volop voor songs gaat. Geen nummer gaat over de tien minuten en dat komt de gebaldheid van zijn boodschap ten goede. Die boodschap is overigens, zoals meestal, nogal apocalyptisch (zinnen als "You lost your final wing, never to grow back again" en "They may even eat the horse that you're riding" zijn niet van de lucht), waarschijnlijk een direct gevolg van zijn verblijf bij Current 93. Maar Chasny verzuimt ook niet af en toe heel hard de versterker open te gooien en het op een dramatisch gitaarrammen te zetten. Een indrukwekkende en vaak pijnlijk directe plaat die per beluistering dieper in de ziel kerft.