donderdag 23 september 2010

Sinds gisteren de brieven van Flaubert aan het lezen. Valt al snel op dat in elk tijdperk, in elke beschaving altijd wel mensen vinden dat de wereld onherroepelijk naar de kloten gaat. Zoals Agamben zegt: "The age is always already understood as being in decline". Dat doet vermoeden dat cultuurpessimisme niet zozeer afhankelijk is van de neergang van de cultuur als zodanig, maar dat het bijna genetisch/biologisch in een bepaald deel van de soort zit ingebakken.

Agamben liet een tijd geleden een boekje verschijnen over een seminarie dat hij had georganiseerd over le contemporain, in weze het soort personage dat als het ware niet in zijn eigen tijd leeft, er geen deel van uitmaakt, het soort kritsche persoonlijkheid dat elke tijd nodig heeft, dat zijn eigen leefwereld en tijdperk schuins beschouwt. Niet op afstand in de ruimtelijke zin, maar in een staat van ongelijktijdigheid.

Gelijkheid, de grondslag van zovele ideologieën, is op die manier alleen te verstaan als een illusie. Altijd zijn er mensen geweest, zijn er mensen en zullen er mensen zijn die, hoewel ze hier en nu leven, zich toch in parallelle werelden en tijdservaringen bewegen.

Geen opmerkingen: