Als ik mijn hoofd een paar minuten - liever enkele seconden als het dan toch moet - uit het k-pop hol naar buiten steek, menen familieleden, vrienden en kennissen en andere muziekliefhebbers me hun - sorry mensen - hoogst voorspelbare opinie te moeten openbaren: Spoedig zal mijn k-pop obsessie voorbij zijn! Alles komt goed! Het is slechts een tijdelijke koortsdroom! Dat soort werk. Luide lach. Ik meen dit te mogen betwijfelen. Waarschijnlijk ontbreekt hen - spijtig of niet - de welbepaalde k-pop hersenreceptor, of deze nu een geëvolueerd of gedevolueerd deel van de grijze massa moge zijn. Ik heb ook nog geen seconde de drang gevoeld mijzelf als k-pop apostel op te werpen. Hoe minder naaste medemensen het begrijpen, des te beter om eerlijk te zijn. Ik heb helemaal geen zin om dat uit te leggen of te verantwoorden. It grabbed me and I went along with the ride, zoals zo vaak bij wijze van experiment. Dat Blackpink net op zijn hoogte- en eindpunt was en aespa klaarstond als troonopvolger is hooguit toeval. Zij het op muzikaal vlak een gelukkig.
Het zal me met andere woorden aan mijn reet roesten wat anderen ervan menen te moeten vinden. Laat iedereen maar volwassen en ernstig zijn. De meeste mensen van mijn leeftijd hebben dat blijkbaar nodig. Enthousiasme, in de etymologische zin van het woord, is altijd meer mijn ding geweest. Mijn vorige totale muziekobsessie, techno en house en andere elektronica in de jaren negentig van de vorige eeuw, heeft het meer dan tien jaar uitgezongen. Gezien het feit dat ik naast k-pop enkel nog naar aan Warp en Rephlex verwante muziekjes luister heeft die obsessie zich in het DNA gevlochten. Waarom zou dat met k-pop, een fenomeen waarvan ik na minder dan drie maanden amper de oppervlakte heb bekrast, anders zijn?
De rush die ik van k-pop in mijn hersenbanen voel is enkel vergelijkbaar met die nu haast mythische eerste nachten in Fuse, toen Laurent Garnier, DJ Deep, Richard D. James, Mark Broom, Luke Slater, In Sync en de jongens uit Detroit de draaitafels (hoe 20ste-eeuws klinkt dat zeg, een draaitafel!) kwamen beroeren. Het grote verschil is dat ik er nu geen stimulantia of andere geestesverruimende middelen voor nodig heb. Als dat geen winst is. De prijs van een youtube abonnement, grof geschat, dat is wat het tot nu toe gekost heeft. Gezien het aantal echt geniale k-pop acts zeer beperkt is, bestaat mijn k-pop platenverzameling momenteel uit 17 stuks, singles en extended plays en langspelers. Ik schat dat het er tegen midden 2024 een stuk of 25 zullen zijn. Als het al zoveel zal zijn. En dan enkel omdat die dingen op esthetisch vlak vaak leuke objecten zijn. Als ik dat vergelijk met de soms 20 tot 30 vinyls die ik vroeger maandelijks uit de platenzaak mee naar huis voerde - met uitschieters tot 50 per maand - is dat financieel niet bepaald een aderlating. Bezit is passé: your future, our clutter. Vinyl liefhebbers aller landen mogen zich voorbereiden voor het op de markt komen van een uitmuntende collectie techno en house. Zijn we daar ook weer klaar mee. Het ziet er nu niet bepaald naar uit dat actuality nog veel toekomst in zich draagt. Virtuality here I come.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten